«5 198 dagzooveel dagen zooveelen met die rekening was alle zorg van den staat voor de troepen, alle comptabiliteit en administratie afgeloopen. Hoogst eenvoudig voorwaarmaar wij zullen gelegenheid hebben eenige gevolgen dier eenvoudigheid te zien. De compagniën waren vereenigd in regimenten, die in verschillende tijden verschillende sterkte had den, afwisselend van 6 tot 12 compagniën; maar dat regiments-verband bestond alleen ter wille van de aanvoering in het gevecht, en had met de zorg voor de troepen niets te maken. Bij elke compagnie was dus de kapitein de per soon die met geldelijke verantwoording te maken had; tot zijne hulp, voor hetgeen er geschreven en gerekend moest worden, strekte een fourier of klerk. Er werd echter zoo min mogelijk geschreven of gerekenddaar er menig kapitein wasdie het zwaard zeer goed, maar de pen met zekere moeite hanteerde, zoodat gevallen zich voordeden dat een kapitein zijn handmerk moest zetten onder de door den fourier opgemaakte bescheiden zonder zijn naam te kunnen schrijven, 't Was ook toen minder noodig zooals we zullen zien. De betalingen geschiedden voor alle rangen en graden per Heeremaandzijnde een tijdvak van 42 dagen. Per Heeremaand bedroegen die tractementen in 1599 Bij de Infanterie: Kapitein 150 gulden dus ruim 1000 gld. per jaar. Luitenant 45 Vaandrig 40

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1881 | | pagina 316