Egm
253 1
Examen tijd.
Jetzt kommen wir an die Sturm-und Drangperiode,
Deutsche Litteraiurgeschichte.
Gedachten in de politiekamer
De deugd alleende deugd doet vrij en vroolijk
leven, j DE dekker.
Bajadere.
Laat zij vrijelijk met haar blooten dikken arm
in de melktobbe roerende kaas zal er u niet
minder om aanstaan. Cosijn.
Vossen.
Doch verduren
Wij deze uren
Ode toekomst brengt ons troost.
Bilderdijk.
Eerste Souper na groot verlof
Ligt het aan mij of is dat onze gewone thee wel.
DE KEYSER.
Onder de Voordracht.
Zijt gij nog niet uitgerust? Gij schijnt vermoeid.
Karli.
Zomergroenten op de Academie.
Enkel om de vreemdigheid
Als een ding van rariteit.
Avonturen van Mijnheer Prikkel/een.
Vóór het hord.
Dan worden kleine hindernissen onoverkomelijke
beletselen.
Dictaat Taktiek. Nachtmarschen.
..gé/
y if