■s
XCIV
bedraagt voor een generaal-majoor 1440, een kolonel I080. een luil-
kol. en majoor 720 en voor de overige officieren, gerechtigd tot het
houden van dienstpaarden, 360 gulden 's jaars. Hier te lande
ontvangen de officieren bij de bereden korpsen de fourage in
natura, die bij de onbereden korpsen eene vergoeding van 4; 90 ets.
per dag.
Majoor.
Kapitein.
ie Luit.
2e Luit.
5
-i
i.
•s
i
Infanterie
3°
72
42
24
20,4
Cavalerie
32
78
24
48
16
27
14
Vesting-Art
30
78
48
>3
27
Veld-(Berg Art.)
32
78
24
48
'5
27
'3
25>ö
Rijdende Art-.
32
26
»7
15
Genie
30
78
48
*3
27
Groote Saf.
32
24
16
14
Gen. Staf
34
78
2?
54
Intendance
30
78
48
Kwartiermeesters
26
42
24
22,4
Geneesk. dienst
35
78
22 a 30
48
16 a 18
27
Apothekers.
30
78
20 a 27
48
14 a 16
27
Paardenartsen
32
»-
22 a 28
48 16 a 19
27 14 a 15
Prov. Adj.
28
24
PI. Comm.
26
18
Maréchaussée
32
24
16
H
Adm. v. kleed.
18
Magaz. Art.
24
78
48
27
Dir. Hosp
18
Mag. KI. en Uitr.
28
Magaz. Genie
48
27
De 2e luit. van alle wapens en diensten ontvangen, na een
diensttijd van 8 jaren als officier, fioo meer; de ieluit., na 15 jaren
offleiersdienst/200 en na 20 jaren nogmaals 100; de PI. adj. slechts
ƒ100; de kapiteins na 25 jaren dienst als officier 200 meer en na
30 jaren weer 200.
Hier.
0.1.
Hier.
0.1.
Hier.
0. i.
Hier.
0.1.
T3
H
<D
*2
O)
T3
0
tJ
a
TJ
a
i
TJ
2
-S
0
*t3
O
Ja
XX
0
XX
0
XX
0
XX
0
XX
O
XX
O
A
20
12
10
22,2
22
11
22,2
22
11
22,2
22
20
12
10
5)
22,2
12
10
12
10
20
12
10
22
12
20