r 87 annecdoten aangaande den, in die streken zeer beminden en populairen Koning Willem II, enz. was het voornaamste wat men er van wist. Er waren echter ook geruchten doorgedrongen, waaruit bleek, dat voor het erlangen van de officiersbetrekking iets meer werd vereischt dan het aanschieten der uniform; men had er eenig begrip van, dat eene zekere hoeveelheid wetenschappelijke kennis noodig was en die waar was in Denlust zelf niet te verkrijgen. De jeugdige Denlustenaren waren uitgeleerd" wanneer zij omstreeks de volgende hoeveelheid wetenschap hadden opgedaan: het lezen van Hollandsch drukwerk (het gebedenboekje wèl, het verstaan van het gelezene daaronder niet begrepen) het schrijven van eene leesbare rekening van smid, wagenmaker of timmerman; het toepassen van den regel van drijen" op een aantal zeer gelijkvormige sommen" nit een rekenboek; een benaderend begrip der ligging van het dorp ten opzichte van de voornaamste plaatsen der provincie. Verder ging de verstrekte kennis niet; lang niet allen brachten het tot het criterium. 't Was dus noodig dat Karei zich zou laven aan eene wijsheidsbron, die wat rijker stroomde, en op zekeren dag werd hij overgeplant in eene »Fransche kostschool" d. i. eene school waar hem, behalve Fransch, ook nog zou worden toebedeeldrekenkunde, stelkunde, meetkunde, geschiedenis, aardrijkskunde, Engelsch en Duitsch, en wat verder »goed was en wel luiddeZóó was het pros pectus der wijdvermaarde kostschool Vele kostscholen dier dagen hielden eene soort van wedloop in het africhten of klaarmaken" voor het ad-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1882 | | pagina 217