-k 93 met een weinig voorzichtigheid, de kans ontliep om den hals te breken over eenige banken en houten bakjes op den vloer. Eenige ramen stonden open en brachten een luchtstroom teweeg, die van alle kanten tegelijk scheen te komenvan eene kachel of een ander verwarmingstoestel was geen spoor te ontdekken. De kamer was spaarzaam bevolkt: enkele jongelieden kwamen er even op om iets te krijgen, maar verdwenen weer even spoedig. Karei wachtte met een paar lotgenooten af, of ook deze of gene zich met hen bemoeien, of hem eenige inlichtingen zou komen geven. Na een kwartier verscheen een fourier, die met een papier in de hand decreteerde dat op kamer No. zooveel, drie ypolitieken(nieuwelingen die nog geen uniform hebben) moesten aanwezig zijn. De fourier nam de politieken meè, een groot aantal trappen af, door een langen gang, weer een nog grooter aantal trappen op; (de stoet was gaandeweg door meerdere politieken en meerdere fouriers versterkt) tot eindelijk halt gehouden werd voor een lokaalde fouriers traden binnen, wierpen elk der nieuwelingen twee lakens en twee wollen dekens toe, en gaven last, daarmee naar hunne kamers terug te keeren, een last die door de nieuwelingen niet altijd zonder Ulysses-avonturen kan worden volbracht. Karei had al dadelijk het ongeluk met zijn vrachtje van een dozijn trappen af te vallen en terecht te komen in eene kamer, die als twee droppelen water op de zijne geleek, maar waar hij blijkbaar niet werd gewacht. De daar aanwezigen muntten niet uit door groote beleefdheid, trachtten hem van den wal in de sloot te helpen, hielden hem voor den gek enz.waarbij over 't algemeen een zeer ruwe onaangename toon heerschte. Een gegradueerde

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1882 | | pagina 223