waar, dat die struikelblokken niet voor elk in dezelfde mate aanwezig zijn niet alle kapiteins zijn Gérardsinte gendeel zullen de meeste officieren gaarne den mindere voorthelpen, wanneer zij bespeuren dat er lust tot arbei den bestaat. Ook de instelling der cursussen is, zoowel wat leerplan als wat wijze van opleiding betreft, zeer be langrijk verbeterd. Maar het groote verschil kan niet worden weggenomen n. 1. ditterwijl hier alles opzettelijk op studie is ingericht en den cadet van den eersten dag af het doel en den geheelen weg duidelijk voor oogen staan, wordt ginds van den onbekend aankomenden jongen korporaal16 k 17 jaren oud'geene andere notitie genomen, dan wat zijne diensten betreft. Niemand behoeft hem af te vragen, of hij lust heeft in werken, niemand behoeft zich het geringste van hem aan te trekken. Steekt hij niet zelf de handen uit de mouwen, neemt hij niet zelf het initiatief, dan zal hij in den regel den onder officiersgraad bereiken, ondertusschen het weinige wat hij wist vergeten, en ten slotte opgaan in dagelijksche diensten zonder verder vooruitzicht. Vele onderofficieren zijn er in het leger, wier plan was om ook officier te worden, maar wie het aan geestkracht en hulp ontbrak om een moeielijken tijd te doorworstelen. Voor die gevaren behoedt de Academie Karei bracht menig uur door in gezelschap van zeer veel cadetsdie uren behooren tot de aangenaamste her inneringen van zijn leven. Hij hoorde menige groote en kleine grief uit de cadettenwereld en kon er zich dikwijls mee vereenigen. Eerlijk bekent hij niet, tot de barbaren of hardvochtigen te behooren, maar even ronduit ver- III

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1882 | | pagina 241