•4Q
170
worden, trok snel zijn baaitje uit en begaf zich te water,
snel als een rob duikende naar de plaats, waar het meisje
was gezonken een oogenblik van bange voorgevoelens
voor haar, die aan den oever angstig staarde naar de
plekwaar de koene zwemmer zich had neergelaten.
Maar daar kwamen zijne zwarte lokken weer boven en
zijne oogen rustten triomfantelijk op haar, die zijn ge
spierde arm boven water hield; wat een zelfvertrouwen,
wat een fiere waardigheid stonden er op dat mannelijk
gelaat te lezen. Een paar forsche slagen met zijn anderen
arm brachten hem weer aan den oever, en daar legde hij
de bezwijmde blondine voor de voeten harer speelgenoote.
Nog was het reddingswerk niet voltooit: de geredde moest
zoo spoedig mogelijk naar huis gebracht en in dokters
handen gesteld worden.
De flinke Ferdinand, die in het water de lieve blondine
alleen getorscht had, durfde eerst zulk een teeren last
niet zonder and'rer hulp naar den huize Reestein brengen,
waar de meisjes bleken thuis te hooren. Hij riep daarom
zijn broer, dien hij na het kritieke moment niet meer
gezien had, doch te vergeefsJohan was nergens te vinden
en, wat nog meer verwondering baarde, het derde meisje
evenmin.
Er moest echter snel gehandeld worden. Ferdinand
belegde raad met zijn dankbare helpster, en er werd
besloten, dat beiden de geredde zoo spoedig mogelijk
naar huis zouden brengen. Ferdinand was door het spelen
van zijn ridderlijken rol zoodanig geïnspireerd, dat hij
zich zonder schroom sterk maakte, de bezwijmde blondine
alleen naar huis te kunnen dragen.
Hij plaatste de jonge dame op zijn schouder, terwijl