i7i
haar hoofd door haar vriendin ondersteund werd. Zóó
haastten zich beiden met hun dierbaren last naar Reestein.
Onderweg overdacht Ferdinand nog eens de geheele
toedracht der zaak. Hij kon daarbij niet nalaten, zijn
gezellin navraag te doen omtrent het snel verdwijnen der
drie spelende meisjes bloot op het gezicht van hem en
zijn broer, waardoor de drenkelinge het ongeluk overkomen
was. De adelborst liet echter eene verontschuldiging over
»de wel wat ver gedreven nieuwsgierigheid» aan het be
antwoorden zijner vraag voorafgaan.
De beurt was toen aan de jonge dame om »zich te
excuseeren» over haar schijnbare vrees op het zien der
twee jongelui. Zij voegde er bovendien min of meer
openhartig de verklaring bij, dat haar tante, de eigenares
van Reestein, direct hieraan, en daardoor indirect aan het
ongeval, schuldig was. Deze had n. 1. hare drie nichtjes,
toen zij bij haar kwamen logeeren, met nadruk op één
harer voornaamste wenschen gewezen. Doch laten wij
liever van de spreekster zelve hooren, wat haar gastvrouw
gezegd had:
Bij onze aankomst», zoo sprak zij, uitte tante het
uitdrukkelijk verlangen, dat wij drieën met nauwgezetheid
alle, zij het ook dè geringste, aanraking zouden vermijden
metnu ja», ging zij blozend voort, »met militaire
jongelui, die mogelijk te Y. konden komen logeeren.
Het ongeluk wilde»vertelde zij met een ironischen glim
lach verder, »dat wij u beiden van achteren konden
bespieden, terwijl de cadet aan het teekenen was. Gelukkig
konden wij ons daarbij goed stilhouden en, ongezien door
u beiden, het croquetveld bereiken. Ge begrijpt onze
uitgelaten vroolijkheidtoen wij ons daarna wederkeerig