~<k 185 Julie nam 's ochtends steeds een bad Zoo om een uur of negen; Dat merkte Hans„Ha", dacht hij„dat Komt mij juist goed gelegen: »Heb ik nu met 'tontbijt gedaan, »Dan ga ik hier een beetje staan, x Wie kan me dat verhind'ren Veel kwaad misschien dat gij het weet Is daar niet in gelegen: De dames dansen gansch gekleed De golven vroolijk tegen. Doch de politie wil het niet, En daarom mocht, zooals ge ziet, Ook Hans niet blijven kijken. Julie was op een mooien dag Een ezeltje gaan huren. Zij had, als 'k zoo eens zeggen mag, Wel meer van zulke kuren, Die haar, hoe lief, hoe mooi, hoe fijn, In menig oog niets meer deed zijn Dan een geëmancipeerde. »Ik ga», sprak onze domme Hans, »Ook gauw zoo'n beest bestellen; »De mooglijkheid bestaat althans, »Dat 'k haar kan vergezellen». Hij komt bij den verhuurder aan, En zegt: »'k Wou wel eens rijden gaan». »»Hier heeft u dan een ezel.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1882 | | pagina 315