-J
i 201 i
E x a m e n t ij d.
De nacht scheen in een dag herschapen.
I Valkhoff.
Vóór het scheikunde-examen. i
Ontwaakt, ontwaakt, wie slaapt of droomt;
Het goud heeft reeds de kim gezoomd.
Tollens.
Vossen voor het examen.
Het vult wel den geest, maar maakt hem niet vruchtbaar, j
Smiles.
Officiersexamen 1881. j
Dergelijke volledige overwinningen worden echter uiterst i
j zelden behaald. j
i Planteng aj
i Overgangsexamen. i
In den oorlog wordt geoogst, wat, met betrekking tot i
den krijg, in tijd van vrede is gezaaid. i
Plantenga.
Uitslag eindexamen. i
Approchez mes enfants. Enfin l'heure est venue,
Qu'il faut que mon secret éclate k votre vue.
Racine. i
Overgangsexamen van een asymptoot.
Zijn graf gaapt onder hem, en dreigt hem allerwegen;
Zijn doodskleed ligt geplooid, en ruischt hem in 't gemoed
Zijn lijkzang klinkt zijn oor in ied're windvlaag tegen
O Heerehij vergaattenzij Gij hem behoedt.
Hildebrand.
Slechten der wallen.
Er is waarheid in de bewering, dat wij in dat opzicht
grootelijks schade geleden hebben.
Zondagsblad.