BIJ HET PORTRET. Een goed Nederlander, iemand, die zijn Vaderland liefheeft, diens belangen zelfs boven de zijne stelt, en deelneemt, zoowel in de rampen, die het treffen, als in den voorspoed, waarin het zich verheugt, zal on getwijfeld met ongeveinsde belangstelling de gebeurte nissen volgen, die in den O.-I. Archipel plaats grijpen. Welnu dan geachte lezers, u allen kennen wij vader landsliefde in den volsten zin van het woord toe, en wij houden er ons van overtuigd, dat gij geen oogen- blik zult gedraald hebben, uw aandacht te schenken aan den langdurigen en bloedigen krijg tusschen onze regeering en het rijk van Atjeh; wij twijfelen er even min aanof gij zult met ontzag de krijgsverrichtingen die daar plaats haddenhebben nagegaanen de veld- heeren bewonderd hebben, die het Nederlandsch O.-I. leger in den oorlog tegen Atjeh hebben aangevoerd. Velen toonden in dien krijg, dat de heldenmoed onzer voorouderswaarop wijNederlanderszoo fier zijn, nog niet is uitgedoofd, en wij zijn trotsch op de dapperen, die daarvan opnieuw het bewijs gaven, trotsch op de generaals, die, terwijl zij het geheel moesten overzienbesturen en leidenaan hunne on derhebbenden nog het voorbeeld konden geven van

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1883 | | pagina 149