10 Het ongezonde klimaat clier residentie noodzaakte hem een tweejarig verlof naar Nederland aan te vragen, van waar hij in 1872 naar Indië terugkeerde. Hij nam teen onder Kolonel Wichers van Kerchem deel aan de 2C expeditie tegen Atjeh. Na het sneuvelen van zijn chef op den 25en Dec. 1873 en „de verwonding van diens plaatsvervanger, den Kolonel De Roy van Zuyde- wijn, nam Pel voorloopig het commando waar over de 2C brigade; en toen hij kort daarop tot Kolonel werd be vorderd, werd dat commando definitief aan hem opgedra gen. In al deze omstandigheden had de Kolonel Pel niet alleen getoond het vertrouwen zijner superieuren waardig te zijn, maar hij had tevens aan zijne .minderen dat ze delijk overwicht weten in te boezemen, dat een groot veldheer kenmerkt. Toen dan ook in April 1874 de hoofdmacht der expeditie terugkeerde, werd Generaal- Majoor Pel belast met het Civiel en Militair gezag te Atjeh. Hij toonde volkomen berekend te zijn voor deze veel omvattende taak, die hij helaas niet geheel mocht volbrengen. Den 29en Febr. 1874 stierf de dappere, kundige Generaal, ten gevolge van vermoeienis en uit putting. «Steeds zal de herinnering levendig blijven aan den veldheer, die aan zijne meerderen bewondering afdwong, door zijne minderen aangebeden werd en door allen, burger en soldaat, in den vollen zin des- woords werd hooggeschat" (1). Laat ons thans een enkel woord wijden aan hem, die nog kort geleden met het militair en civiel gezag te Atjeh bekleed was. (1) Militair Tijdschrift 1876. y

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1883 | | pagina 156