193 Gesjeesd. Wie schetst mijwat gij worden zult. Ter Haar. Academie. Denn das ist auf meiner Ehre Doch ein allerliebster Ort. Göthe. Gebouw. Akelig, hè, om zoo te wonen? De Geneslet. Voorloopig arrest. Een voorrede is hier overbodig. Versluis. Mondelinge repetitie wiskunde. Hier stond de spreker stil, hij zweeg, hij kon niet meer. Tollens. In de ziekenzaal. Nu moet ik vooraf zeggendat ik eigenlijk niet ziek was. Van Rees. Eerste tijd in de ziekenzaal. Wie lust heeft, kan zich thans tot aan de keel ver zaden. Bilderdijk. Examentijd. Als de lichtstraal van den morgen Ons uit dezen nacht van zorgen Slechts tot nieuwe zorgen wekt. Gez. 24. 13

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1883 | | pagina 339