CXLV1I
Den 15den Juni werd het kamp op de Teteringsche
heide betrokken, met welken dag een aangename tijd
voor de twee hoogste studiejaren een aanvang nam.
In tegenstelling met de vorige jaren werd de marsch
naar het kamp door prachtig weder begunstigd en in
alle vroolijkheid afgelegd. De muziek van het 6de
regiment Infanterie begeleidde de kampeerenden der
waarts, en droeg er niet weinig toe bij, om de aange
name stemming te verhoogen. De verwachtingen, die
men omtrent het kampleven had gekoesterd, waren
alleszins geschikt om het aangename en het vroolijke
van dit leven nog meer te doen uitkomen. Als bij
zonderheid valt hier nog aan te stippendat onze
werkzaamheden aldaar bijgewoond werden door den
Kapitein van de Koninklijke Zweedsche Garde F. van
iNordenfeldtdie gedurende het examen alhier was aan
gekomen, om de Academie te bezichtigen. Den laatsten
avond, dien hij in het kamp doorbracht, werd door
de muziek van het 6de regiment een concert gegeven,
waarbij o. a. ook het Zweedsche Volkslied op het pro
gramma voorkwam.
Zijdie gerekend haddendat de uitslag van het
overgangsexamen van het derde studiejaar spoedig
bekend zoude wordenzagen zich in deze verwachting
op treurige wijze bedrogen. Eerst toen het nagenoeg
drie weken was geledendat voor de meesten de
proeftijd was geëindigd, mochten wij den atloop daar
van vernemen. Gewichtige redenen hadden belet, dat
zulks eerder plaats kon hebbendoch de uitslag was
dan ook gunstiger dan ooit te voren. Slechts één,
die niet in het hoogere studiejaar overging, zag de
