7
Hebben wij vaak over de toekomst gesproken, heb
ben wij vaak luchtkasteelen gebouwd en oris in den
toestand verplaatst, dat wij op eigen beenen stonden,
dat alles is als rook verdwenen.
Doch moeten wij morren? Neen, wij moeten dank
baar zijn, dat gij nog in de gelegenheid waart naar
de uwen terug te keeren. Bleeft gij hier, wellicht
verergerde de kwaal; nu echter zult gij genezen in
den kring van hen, die u het dierbaarst zijn.
Wat beteekent eene eervolle betrekking, wanneer de
gezondheid niet naar wensch is?
Schoon wij uw gezelschap missen, toch zegenen wij
het oogenblik dat gij ons verliet, want uw gestel was
niet geschikt ons leven te leiden, ten minste in geen
geval ons toekomstig leven. Gij, die voor Indië be
stemd waart, zoudt u vermoeienissen en ontberingen
moeten getroosten, waartegen uw gestel niet bestand
zou geweest zijn.
Ontvang onzen groet en wees overtuigd dat wijal
zijn wij niet meer te zainen, u en de dagen, die wij
met elkaar doorleefd hebben, nimmer zullen vergeten.
Schoon verleden, nooit vergeten,
Toen gij in ons midden waart
Toen wij, als te zaam verbonden,
In een vriendenkring hervonden
Wat familie is op aard.
M.