Aan Venus, Juno en Minerva Dongen om den prijs van 'tschoon; Paris, die als rechter diende, Gaf aan Venus d'eerekroon. Doch als thans die herder leefde, En 't nog aan zijn keuze stond En hij d'appel nog mocht geven, Haar, die hij de schoonste vond, Dan gaf hij hem, u, o meisje! Want gij zijt de schoonste op aard; Schooner dan de zanggodinnen Gij alleen zijt d'appel waard.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1884 | | pagina 179