43
grondbezitting van zijne overleden vrouw te vermeer
deren en er zooveel mogelijk voordeel van te trek
ken, en wee den armen pachter, die nalatig bleef in
het betalen van zijn huur.
Niet, dat het ongeluk hem tot een vrek gemaakt
had; met droge oogen had hij 't aangezien, hoe zijne
eertijds zoo bloeiende herberg verliep, hoe de oude
klanten zijne mededingers begunstigden, maar het
was het geld van zijn kleinkindzij moest na
zijn dood onafhankelijk kunnen levenwant welke
jonkman zou haar, op wier geboorte die smet rustte,
tot echtgenoot, tot moeder zijner kinderen wenschcn.
En had het noodlot zijn huis niet gespaard, waarom
zou hij dan medelijden hebben met de huisgezinnen
zijner pachters.
«Grootvader!" zoo klinkt het uit de keuken, en
eenige oogenblikken later treedt een lief achttienjarig
boerinnetje de gelagkamer binnen «grootvader, heb je
't al gehoord?" en zonder 't antwoord af te wachten,
«er komen van den zomer soldaten in 't dorp."
«Watwat zeg je daar. Mijn God spaar dit huis,"
zoo jammert de oude man. Nog nooit had Maryke
grootvader zoo hartstochtelijk geziennog nooit waren
wanhoop en angst zoo op zijne trekken geteekend
geweest. «Ben je niet wel? Mankeer je iets, groot
vader?" riep zij verschrikt uit. «Gauw, drink eens.
Toe zeg mij, wat scheelt er aan?"
«Kind, wij gaan weg van hier, ver van hier. Ver
huizen gaan wij", ging de oude man opgewonden
voort, terwijl het nog onthutste meisje hem verwon
derd aanzag.