74. Hier treffen wij eenige personen aan. De Barones van Groeneveld, eigenares van het buiten, hare negentien jarige dochter Eleonore, en voorts een drietal heeren. liet gezelschap is verdiept in het croquet-spel, waar mede zij bezig zijn, en wij hebben dus gelegenheid nader met de heeren kennis te maken, en hen eens goed op te nemen. Die heer met dien zwarten knevel, is jonkheer Van Sinderen, gewezen commies bij de posterijen, die, omdat papa geld heeft, op zesentwintig-jarigen leeftijd van zijne betrekking heeft afgezien, en zich nu sedert een jaar in A. heeft gevestigd, wijl hij daar een paar goede kennissen heeft wonen. Naast hem en met niet minder deftig voorkomen staat de notaris van 't dorp, baron Lebrun, een man ongeveer vijfendertig jaar oud, en die, wat men noemt, niets behoeft te laten, doch ook niets te veel kan doen in de wereld. De derde heer is de vijfentwintig-jarige luitenant De Linde, die sedert korten tijd te A. in garnizoen is gekomen en dooi' middel van zijn vriend Van Sinderen met de familie heeft kennis gemaakt. Wij storen het gezelschap niet en begeven ons terug over de ophaalbrug en langs een met kiezelsteentjes bedekt pad naar het huis, hetwelk wij binnentreden. Wat pracht en weelde ontwaart ons oog. Een vier a vijf meter breede gang, met rood marmer bekleedter linker- en rechterzijde deuren, waarin verschillende figuren zijn gesneden, het plafond.... Stdaar gaat een deur open. Vlug in die nis, achter dien staanden kapstok.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1884 | | pagina 230