70
De tijd en de zorgvuldige verpleging van Fransje
hebben den zieke zoover genezendat hij reeds per
dag eenige uren mag opzitten, terwijl Fransje hem
eiken avond een klein stukje voorleest. Ook nu is
zij daarmede bezig. Starend ziet Victor het voor hem
zittende meisje aan. Luistert hij naar haar Ja.
Verstaat hij iets van hetgeen hij hoort Zijn geest
houdt zich met iets anders bezig. Daar zit zijhet
meisje, dat zooveel voor hem deed; beneden vieren
zij feestwat is hij blijdedat mama niet gewacht
heeft tot hij beter is.
Daar slaat de pendule negen uur. Fransje slaat het
boek toe, want de dokter heeft gezegd, dat Victor
zich iederen avond vroeg ter ruste moet leggen, en
zijnen geest zoo min mogelijk mag inspannen. Werk
tuigelijk verstaat Victor dit teeken. Hij legt zijn hoofd
op het kussen en met den nog zwakken arm trekt
hij de dekens over zich heen.
Nacht Fransje," klinkt het van zijne lippen.
Nacht baron, als u me noodig heeft, moet u
maar schellende schel staat op den stoel voor uw
bed" en de dienstmeid begeeft zich naar de deur om
zich te verwijderen.
Fransje, blijf nog even, ik heb je iets te vragen",
spreekt Victor, «waarom noem je mij nooit bij mijn
naam, wij zijn toch als broer en zuster"?
«Neen, baron, dat kan ik niet en dat mag ik niet,
u staat veel te hoog voor mijik ben maar eene
dienstmeid. Nu zijn wij misschien als broêr en zuster;
zoodra u beter zijt, dan hebt u mij slechts te bevelen
en als ik niet gehoorzaam jaagt u mij weg. Ziet u
wel, dan kunnen wij niet als broêr en zuster zijn."