131
herinneringen bij haar opwekte. Na een verblijf van
twee weken in Anna's oude woonplaats werd de terug
reis aanvaard en men kon het haar aanzien, dat het
kleine uitstapje voordeelig op haar gewerkt had. Reeds
verheugde de predikant zich er in haar binnen weinige
uren weer in den kring der zijnen te kunnen terug
voerenen op het stationdat het dichtst bij liet dorp
gelegen wasstond als naar gewoonte een rijtuig ge
reed, om de beide reizigers naar hunne op twee uren
afstands gelegen woonplaats te brengen. liet was reeds
vrij laattoen men in het rijtuig plaats nam en men
zou niet voor middernacht de pastorie kunnen bereiken.
Daarbij kwam nog, dat het weder een buitengewoon
dreigend aanzien had, zoodat de heer Van Weiter den
koetsiei* gelastte zoo snel mogelijk te rijdenmaar toch
tevens met beleid en omzichtigheid te werk te gaan.
Toen zij op ongeveer een uur afstands van het dorp
gekomen warenbarstte een hevig onweder los en door
de felle bliksemstralen schichtig geworden, begonnen
de paarden eensklaps in woesten ren vooruit te snellen
zonder dat het den koetsier mocht gelukken hen tot
staan te brengen. De weg voerde van eene steile
helling af, aan welker voet zich een snelstroomend
riviertje bevond. Even voor den oever daarvan nam
de weg een draaien in gewone omstandigheden reeds
moesten de voerlieden met omzichtigheid te werk gaan
om naar behooren hunne wagens in het spoor te doen
blijven.
Steeds doller werd de vaart der hevig verschrikte
paarden; nog slechts eenige minuten, en zij zouden
met rijtuig en al in het bruisende water terecht komen.