143 halfjaar in ïndië, en toen hij, zonder iemand te kennen, in Batavia aankwam, had hij in Van Weiter spoedig een trouw vriend gevonden. Bij hunne eerste ontmoeting reeds sympathiseerden zij in veel opzichten en de omstandigheid, dat zij een en hetzelfde dorp bewoond haddenvermeerderde de belangstellingdie zij wederkeerig voor elkander koesterden. Van der Voort vond het echter beter de reden, waarom hij Nederland verlaten hadte verzwijgen en gedurende de eerste maanden wist hij ook niet, dat zijn vriend eene bruid in het moederland had achtergelaten. Op zekeren dag echter, toen zij te zamen spraken over het afscheid nemen van geliefde betrekkingen bij het gaan naar Indiëdeelde Van Welter hem mede dat dit afscheid hem dubbel zwaar was gevallen dooi de omstandigheid, dat hij zijne verloofde, de dochter van een overleden zeekapitein, die als pleegkind door zijne ouders was opgenomenhad moeten vaarwel zeggen. Bij het vernemen dezer woorden had Van der Voort zijne ontroering niet kunnen bedwingenen de ver warring, waarin hij geraakte, was zoo groot, dat Van Weiter niet wist, wat zijn vriend overkwam. Deze laatste verontschuldigde zich echter met het voorwenden eener geringe ongesteldheid en begaf zich zoo spoedig mogelijk naar zijne woning. Daar aangekomen, kon hij zich geheel overgeven aan de heftige aandoeningen, die zijne ziel bestormden en in stilte nadenken over de houding, die hij thans zou aannemen tegenover Van Wel ter.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1884 | | pagina 299