M
15 2
dat hij dokter Van der Voort heette en naar het
vaderland was teruggekeerd in de meening, dat de
toestanden in zijne oude woonplaats dezelfde als voor
heen gebleven waren. Bij het vernemen der tijding,
die de predikant hem mededeelde, was hij zeer teleur
gesteld en na dezen beleefd bedankt te hebben voor
de verstrekte inlichtingen, besloot hij zoo spoedig
mogelijk het verblijf der weduwe Van Weiter op te
zoeken om van haar alles te vernemen, wat er in
zijne afwezigheid voorgevallen was.
Nog denzelfden dag verliet Van der Voort het dorp
en begaf hij zich naar de naburige stad, waar hij den
nacht wilde doorbrengen. Vroeg in den morgen ver
liet hij zijn hotel en weldra voerde de trein hem in
snelle vaart naar het noordelijk gedeelte van ons
land. Aan het kleine station van de hem aangeduide
woonplaats der predikantsweduwe aangekomen kostte
het hem niet veel moeite het door haar bewoonde
huis te vinden en weinige oogenblikken later bevond
hij zich in tegenwoordigheid der even verheugde als
verbaasde vrouw.
Nadat de dokter haar verteld had, dat hij zich
weer voor goed in het land wilde vestigen, over
stelpte zij hem met vragenharen lieven Gustaaf be
treffende en het deed haar moederhart zoo innig goed,
toen zij vernamdat hij steeds met onveranderde
liefde aan haar gedacht had. Met warmte dankte zij
den jongen dokter voor de vriendschapdie hij steeds
haar kind toegedragen had en tranen stonden haar in
de oogen, toen hij sprak over den dood van den zoo
teer beminden zoon. Ook toen de weduwe een en