W
■gt
104
ontroering. Maar hoe moest Radersberg wel te moede
zijn, toen hij het volgende telegram las:
Trein N°. 23 bij Z.gederailleerd verscheidene
gewonden weg waarschijnlijk 4 uur gestremd.
(get.)
I). Mollraven
Stationchef te Z.
liet eerste, wat hij deed, was een telegram te zen
den naar Z. met de vraag of Mr. Myerberg met ge
zelschap gewond was. liet. antwoord liet zich niet
lang wachtenmaar was voor hem verre van bevredi
gend. De burgemeester was slechts, licht gekwetst;
wat Ida betreft, deze was bewusteloos weggedragen
met eene diepe wonde boven het rechteroog. De
dokter was ook wel gekwetst, maar zijne wonden
waren niet van dien aard, dat hij gedwongen zou
worden het bed te houden. In den loop van den dag
kwamen nadere berichten omtrent het ongeluk in. De
trein was, nog bijna in volle vaart zijnde, op een
vollen goederentrein geloopen, door dat de wisselwach
ter, zooals bij nader onderzoek bleek, in beschonken
toestand zijnde, den wissel verkeerd gesteld had. Hoe
het ook zijhet ongeluk was nu eenmaal gebeurden
er viel niets aan te veranderen. De toestand van Ida
was allerbedenkelijkst; nacht en dag waakte de vader,
wiens kwetsuur niet veel te beteekenen had, aan
het ziekbed. Willem deed al wat in zijn vermogen
was om haar aan den dreigenden dood te ontweldi
gen. Eene heftige wondkoorts openbaarde zich weldra.
Van nu af aan waakte de dokter, indien zijne tegen-