xcn 10.000 zielen of meer binnen den bebouwden kom der gemeente bedraagt. Van den dienst der burgerwacht zijn vrijgesteld verschillende ambtenarenleden der volksvertegenwoor diging, en bedienaren van den godsdienst. Het kader der compagnieën moet bestaan uit dienst plichtige inwoners de gemeente. Het wordt door alle leden der burgerwacht benoemd, uitgezonderd de sergeant-majoor, die door den compagnies-commandant wordt aangesteld. Voor dc bekleeding der officiersrangen is eene zekere mate van kennis vereischt. De officieren van het bataljon kiezen den Majoor en den Officier van Gezondheid van het bataljon. De officieren van het legioen (2 of 3 bataljons) be noemen den Officier van Gezondheid en den Vaandel drager van het Legioen. De Kolonels, Luitenant-Kolonels, adjudanten, kwar tiermeesters en auditeurs worden uit eene drievoudige voordracht der Officieren van het legioen door den Koning benoemd. De Commandeerende Officieren in de gemeenten waar de burgerwacht uit meer dan één legioen be staat, worden door den Koning benoemd. De Koning benoemt eenen Inspecteur-Generaal der burgerwacht. De kleeding wordt door de leden dei' burgerwacht zelf aangeschaft; de wapens en verdere uitrusting worden door den Staat verstrekt. De kosten komen ten laste der gemeenten. Aan enkele titularissen wordt eene geldelijke tegemoetkoming uitgekeerd. De burgerwacht kan 8 maal jaarlijks, telkens ge durende 2 uren, worden geoefend, tenzij het gemeente-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1884 | | pagina 94