Denemarken. XCVI De kantons moeten zorgen voor de gezinnen der onder de wapenen geroepen dienstplichtigen. In Zwitserland bestaat eene weerbelasting; ieder niet ingelijfd Zwitser moet die jaarlijks gedurende zijn dienst plichtigen leeftijd betalen. Hier van zijn slechts enkele categorieën van personen vrijgesteld, n. 1. behoeftigen, gebrekkigenspoorweg beambten, gendarmen, politieagenten enz. De weerbelasting bestaat uit eene persoonlijke belasting van 6 francs per jaar, en eene supplementaire belasting- naar gelang van vermogen of inkomenechter mag die som voor 1 persoon niet meer dan 3000 francs bedragen. Van het einde van het 34ste jaar betaalt de belas tingschuldige slechts de helft der weerbelasting. De helft der opbrengst komt ten voordeele der kantons 900.000 francs). Op 31 December 1881 was de sterkte van het leger volgens de organisatie 105,388 man keurtroepen, en 97.012 landweer, in werkelijkheid 116.068 man keur troepen en 92,178 man landweer. Het oorlogsbudget bedroeg ruim 13 millioen francs; bovendien nog 1 millioendie door de kantons wordt uitgegeven De bevolking van Denemarken bedraagt ongeveer 2 millioen zielen. Na den oorlog van 1864 is in dit Rijk de algemeene persoonlijke dienstplicht in den meest gestrengen vorm ingevoerd. Alleen de voor den dienst geheel ongeschikten worden vrijgesteld, de minder geschikten2000

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1884 | | pagina 98