t CXXXIV In de afgeloopen weken waren er enkele over plaatsingen geschied. De Cadet J. F. C. van Meurs werd van Cav. O.-I. 1 overgeplaatst bij Inf. O.-I. 1 Jhr. H. W. Storm van 's Gravesande van Al bij I 1 en J. A. Th. Lublink Weddik van I' 2 bij C' 2. Ook hadden twee onzer kameraden eervol ontslag aangevraagd en verkregen. De Cadet-korporaal P. Pieters van het wapen der Artillerie hier te lande moest wegens toenemende oog verzwakking de hoop op eene militaire carrière vaar wel zeggen. Onze beste wenschen vergezellen hem in zijne nieuwe betrekking. De Cadet Ch. N. M. Baron van Reede van Oudtshoorn van het wapen der Cavalerie in O.-I. 3de studiejaar verliet ons korps om zich te bekwamen voor Oost- Indisch Ambtenaar. Beiden lieten op de Academie vrienden achter, en niemand onzer vermoedde, dat onze wensch, een andere schitterende loopbaan, voor van Reede, zoo spoedig in geheel tegengestelden zin zou uitkomen. Terwijl reeds een deel van den Al manak gedrukt was, ontvingen wij de droevige tijding van zijn overlijden in den avond van den 8sten Dec., te Delft. Wij zullen onzen kameraad niet vergeten. Den 19den Februari vierden we 's Konings verjaar dag. Had het vorige jaar het Cadettenkorps aan de groote parade deelgenomen, dezen keer was het weder van dien aard, dat de parade werd afgecommandeerd. Tegen twee uur verzamelde zich het meerendeel der Cadetten op de «Soos", waar door de muziek der Veld-Artillerie eene uitvoering zou worden gegeven.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1885 | | pagina 140