«^mu^eeds een maand heb ik genoten Van een voorrecht, mij veel waard; 'k Hoor tot 't korps der asymptoten Die zeer zeldzaam zijn op aard. Mag 't den luiaard al niet smaken, Ik, voor mij, zal 't nimmer laken; En, voorwaar, 'k solliciteer Naar 't corveetje nog eens weer! Maar, al heb ik nooit gelogen, En nog nooit een mensch bedrogen, Lezervrij beken ik 't U Loog ik nooit, dan deed ik 't nu! Op de eigen oefening slapen Jongensneendat gaat niet an Niemanddie er zit te gapen Ieder blokt zoo hard hij kan. Slechts de voshengst spitst de ooren Om den voorslag toch te hooren: Ik voor mij, ben inderdaad Raadloos als de roffel gaat. Maar, al heb ik nooit gelogen, En nog nooit een mensch bedrogen, Lezer, vrij beken ik 't U: Loog ik nooit, dan deed ik 't nu!

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1885 | | pagina 165