f-
47
gelukte het hem, bijna uitgeput door de groote in
spanning, de boei te grijpen en de lijnen te verbinden.
Spoedig was hij nu langs de lijn aan boord terug,
en het gelukte, na eenigen tijd op dezelfde wijze de
manschappen van de bark aan boord te krijgen. Het
bleek toen, dat van de geheele bemanning slechts de
stuurman en vijf matrozen over waren geblevendaar
de kapitein met de overigen in de kleine boot waren
gegaan, doch op eenigen afstand van de bark waren
omgeslagen. Natuurlijk werden de manschappen goed
verzorgd, en laat in den middag, na het opkomen
van den vloed, kwam de schoener voor het hoofd.
Daar de storm ondertusschen uitgewoed had, kostte
het geen moeite de haven binnen te komen. Eene
menigte belangstellenden stond aan den wal om de
bemanning welkom te heeten, de eenige, die niet
gedurende den zwaren storm was binnengevallen,
doch welk eene verbazing, toen men de équipage van
de bark zag verschijnen. Nadat de schoener vastge-
meerd was, kon ieder van boord gaan en onze Arre-
jaan vond zich ruim voor zijne moeite beloond, toen
hij Anne onder de menigte ontdekte en haar welge-
meenden gelukwensch ontving met de behouden thuis
komst. Ondertusschen had het nieuws, dat Arrejaan
door zijn koen gedrag en zijne flinke houding de be
manning gered had, door de bevolking der loodsbuurt
zich als een loopend vuurtje verspreid. Toen dan ook
ons tweetal arm in arm bij den schipper aankwam,
was het een waarlijk treffend tafereel, de begroeting
der overgelukkige familie van den beminden zoon en
broeder te zien. Ook Anne, als vriendin van Arrejaans
2