J 66 «Nudan zal ik maar ja zeggenwant ik houd werkelijk veel van hem." Twee dagen daarna wist Frits van Geertdat Ella had toegestemd. Dienzelfden avond tegen een uur of zeven zien wij Goens de kamer van Frits oploopen. Bij den eersten stap, dien wij in de kamer doen, merken wedat wij ons in een studentenkamer be vinden. Ylak tegenover de deur hangt in eene lijst het bewijs van lidmaatschap van het Delftsche Studen tenkorps, het groote lak valt ons direct in het oog. Voorts ontwaren wij een piano, waarop borstbeeldjes van Mozart en Beethoven een lessenaarwaarop tal van schrijvers vertegenwoordigd zijn, en het behang is schier onzichtbaar door de vele schilderijen en pho- tographieën die het bedekken. Aan den grootenmet vergulde lijst omgeven spiegel hangen eenige prijzen zooals een drinkglaseen trompet en nog eenige kleine zakenals teeken van overwinningen bij verschillende gelegenhedenin den groentijd behaald. In het midden der kamer staat een tafelwaarboven een rijk versierde lamp hangttusschen de beide ramen die op straat uitzienis een speeltafeltje geplaatst voorts zijn er eenige gemakkelijke stoelenen nog tal van voorwerpen, die bijdragen om een kamer recht gezellig te maken. Toen Goens binnen kwamlag Frits in een fauteuil en was oogenschijnlijk aan 't lezen. Zoodra hij zijn vriend opmerktewierp Frits het boek op tafel. «Je komt juist van pas," sprak hij, «ik heb je wat te vertellen." ei©-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1885 | | pagina 220