86
Het volgend jaar deed Frits het groot-ambtenaars
examen.
Het aantal adspiranten was ruim driemaal zoo groot
als het aantal plaatsen. Hij slaagde in zijn examen,
en had bovendien het geluk, tot de eerste nummers
te behoorenzoodat hij terstond geplaatst werd.
Goens, die reeds een jaar ingenieur was, en te
Amsterdam eene betrekking had, was den dag van
den uitslag naar Delft overgekomen. Zijne vreugde
was ten top gestegen, toen hij vernam, dat Frits een
hoog nummer behaald had. Frits moest en zou mee
moeten doen aan de fuif, die in Scheveningen ge
houden werd.
Verscheidene studenten en oud-studenten drongen er
op aan en eindelijk stemde Frits toe. Hij ging, maar
de levenslustige van vroeger was stil en somber.
De champagnede godendrankzooals hij die vroeger
noemde, smaakte hem niet meer. Midden onder het
feest verdween hij en begaf zich stil naar Delft terug.
Dat feest herinnerde hem aan het laatste feest, dat
hem zooveel leed had veroorzaakt.
Drie maanden na het doen van zijn examenver
trok hij naar Indië. Hij had zoo gaarne voor zijn
vertrek Ella willen sprekenhij vreesde echter in hare
tegenwoordigheid zijne kracht te zullen verliezen, en
geen woorden te kunnen vinden om haar te vertellen
wat hem op het hart lag. Hij schreef haar daarom
een brief; dat kon hij kalmer doen.
Hij vroeg haar vergiffenis voor het leed, haar aan
gedaan; hij vroeg vergiffenis voor zijn schandelijk
gedrag, maar toch voegde hij er bij: «ik heb u nooit
bedrogen."
