HUISJJUMEST.
J)
iezoo, ik zit!" riep ik uit, terwijl ik me liet
neêrvallen op mijn' stoel, dien ik met een ta
feltje, dank zij mijne lange onderdanen, direct
na het appèl veroverd had.
Een stapel studieboeken lag voor mijen met de
prijzenswaardigste voornemens ter wereld maakte ik
mij gereed om mijn huisarrest zoo goed mogelijk te
benutten. Ik zou gaan vossen!
«Eerst even het Nieuws van den Dag ingezien, en
dan aan het werk!"
Hoe het kwam, weet ik niet, maar het nieuwsblad
scheen dien dag bijzonder merkwaardig te zijn, want
zelfs advertenties en huwelijksaanvragen schonk ik mijne
oplettendheid, en de versch opgestoken sigaar kon
reeds aanspraak maken op den naam van «endje,"
alvorens ik de courant uit de hand lei.
Ik keek op de klok, en 't was wrarempel al kwart
voor éénen!
«x}<X-3