J 106 Daar, afgescheiden van alle andere, lag nog steeds mijn scheikunde-boek. Geopend op dezelfde plaats als een paar uur te voren, scheen het een stil verwijt te richten tot dengene, die het zoo aan zijn lot had overgelaten. »'t Is direct drie uur," sprak de Hidoeng zoo staal mogelijk, «nog juist een uur om je scha in te halen. Ik voor mij ga je courant eens lezen." En de daad bij het woord voegende, haalde hij het «Nieuws" onder de bierglazen, die er per abuis op gezet warenvandaanen ging hoogstwaarschijnlijk achter zijn courant me zitten uitlachen. Hem in den grond van mijn hart volkomen gelijk gevende, nam ik mijn scheikunde-boek weder in de handen ging zoeken naar het vreeselijke woord waarbij ik geëindigd was. Ha! daar had ik het: Yanadiumoxy-trichloruur! Ik besloot, alle mogelijke en onmogelijke eigen schappen van het goedje er in te stampen, maar jawel, haas. 't Was bepaaldof ze den spot met me dreven want nauwelijks was ik begonnenof over de geheele amusementzaal klonk de kreetGeconsigneerden appel Algemeene opstandvan alle kanten rende men naar de deur, en hi, ha! hi, ha! ging het over de corridors naar de appelplaats. We stonden daar maar eventjes met ons vier en zestigen De cadet-korporaal Teun (ik hoorde achter me zeggen dat hij gestraft was wegens het bestudeeren van de Yolapiik in de wiskunde-les) nam voor den troep plaats, r

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1885 | | pagina 260