J 107 en begon, na door een wenk van den naast hem staanden officier van piket gemachtigd te zijn, onze namen op te lezen. Nog herinner ik mij van de velendie ik dien middag al zoo zagin de eerste plaatshet VeulenKeesje de Wasjbeer, Pichegru, 't Wezeltje, de Zwarte, 't Boms- hoofd, Scheers, Sjampie en de Sceet natuurlijk, de Parkiet, de Chinees, Napoleon, en ettelijke anderen, waarvan ik alleen den Boschuil nog maar noemen wil. Bijzonder viel het mij op, dat »de familie" zoo slecht vertegenwoordigd was. Eindelijk werd dan ook mijn naam voorgelezen, en na behoorlijk gesalueerd te hebbenmaakte ik rechts omkeert, met het doel mij weer naar de amusement zaal te begeven, maar het mocht niet zoo zijn! Voorbij de poort loopende, hoorde ik namelijk in het Valkje zulke heerlijke muziek, dat de lust mij bekroop, naar buiten te gaan. Een prachtige aria uit de »Freischutz" maar te negeerenneendat kon ik niet Ik keek om mij heenten einde een geschikten medewandelaar te vinden, en tot mijn blijdschap zag ik daar juist Jan Dox. »Mee een walletje pakken, Dox?" »Met genoegen," zei Dox, en samen wandelden we de poort uit. Tot bij de gracht gekomenbleven we staan luisteren naar de bepaald schoone muziek aan den overkant, om daarnalangs de hindernissenbaangewoon een walletje te gaan pakken. Natuurlijk kwam het gesprek al heel spoedig op de <r

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1885 | | pagina 261