J
408
redenen van ons thuiszitten, en nadat ik mijn met
gezel op de hoogte gesteld had van mijne misdaad
verzocht ik hem een verhaal van de zijne ten beste
te geven.
»Dat kan ik met een paar woorden doen," ant
woordde Dox. Ik ben gister-morgen even over half
zes gesnapt in mijn bed. Ik sliep als een roos.
«0 ja," zoo viel ik hem in de rede, «nu herinner ik
'tmij. 't Is gisteren voorgelezen: Gemis van ver
gunning tot uitgaan op Zondag van twaalf tot vier uur
éénmaal: de cadet Dox, vijf minuten na de reveille te
bed bevonden." «Kerel ik wist niet, datje zoo lui
«Nou, je kent het verhaal van ketel en pot, zei Dox,
maar a proposwaar heb je den heelen middag gezeten
«Ik heb scheikunde gevost" hernam ik, want ik
durfde Dox, die genist is, niet zeggen dat ik niets
had uitgevoerd.
«Dat mag wel in de courant," riep hij uit! «En wat
heb je wel gevost?"
«Je bent vrij nieuwsgierig," was mijn antwoord,
«ik weet wel, dat ik gekomen ben tot de verbinding
vanadiumoxy-trichloruur
«Begrijp", zei Dox met een veelbeteekenend gezicht.
Intusschen waren we genaderd tot bij de batterij
en het spreekt bijna van zelf, dat ik mijn metgezel
voorstelde, om er achter langs te gaan.
Maar jongen, neen, daar moest mijn Jan niets van
hebben.
«Wat heb je er aan," zoo merkte hij heel verstandig
op. «Als je gesnapt wordt, ben je er maar weer bij."
was!