17 ieder begrijpt wat er moet volgen, maar Jan twijfelt er niet aan, of zijn neef zou, wanneer hij hern in zulk een highlife tenue voor zich zag, wel van opinie veranderen. Van den marsch door de stad kan ik natuurlijk alleen maar weder vertellendat hij onder totale negeering der omgeving plaats heeft. Even staal als Jan de poort uitgerukt is, marcheert hij het oude kasteel weer binnen. Op het binnenplein wordt halt gehoudenen niet zoodra heeft het ingerukt marschtusschen de vier hooge muren weerklonkenof hij spoedt zich naar de wapenzaal en ontdoet zich zoo haastig mogelijk van zijn wapenen en leergoed, ten einde nog bijtijds het gedrang te ontkomendat zoo aanstonds zal ont staanals ook de andere divisiën inrukken. Daarna klimt hij op zijn gemak het zestigtal trappen op, die hem naar zijn slaaphok voeren. Onderweg komt hij tot de ontdekking, dat hij zich dezen middag goed geamuseerd heeft, nog wèl zoo goed als den vorigen Woensdag, toen er achter het gebouw gebataljonschoold werd; en wanneer hij ein delijk, op de slaapzaal aangeland zijnde, lustig den borstel over de knoopen laat gaanten einde weer netjes op het middagappèl te verschijnen, dan kan hij niet nalaten tot ieder, die het hooren wilte zeggen «bepaald! zoo'n velddienst, dat is je ware!" Paulus.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1886 | | pagina 159