EXAMENTIJD. 't Is eigen-oefening. «Ziezoo, dat vak zit er weer op," hoor ik de Padde roepen, «nu kan ik toch wel eens even rustenvindt je ook niet Fikik heb me lam gevost, 't is vervl. taai, die geschiedenis; daar zit ik me waarachtig al twee dagen over te hengsten als ik met de andere vakken niet een beetje gang maak, dan krijg ik de kous over den kop, snap je'm?" «Merci, nogal; en jij?" is 't lakonieke antwoord. «Ja, jij hebt goed praten, als ik al die vakken van jou achter den rug had, zou ik niet veel meer uitvoeren, dat beloof ik je hoor!" «Och, kerel, wat zit je nu weer te zwammen, ik ben er net twee door!" Daar ging de roffel. Hoe heb ik het nual weer roffel van 12 uur Die morgen is omgevlogen, 't komt zeker dat ik zoo hard gevost heb," en neuriënd verlaat onze Padde de eetzaal, spoedt zich naar boven, wascht zijn fameuzen bol eii gaat naar beneden om zijne maag op streek te brengen. Hierna rookt hij een pijpje en begeeft zich vervolgens, belast en beladen met boeken, naar de eetzaal.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1886 | | pagina 163