:n\9 Ln schemer duister ligt de heide Gehuld Zij is met vele zachte stemmen Vervuld Die in geheime klanken zingen Van vreè En't krekeltje, dat nimmer stilzwijgt, Zingt meê. Zij lispen tot den moeden zwerver Van rust En kalmte, die zijn borst doet zwellen Van lust. 't Is hem zoo wel bij dat gefluister Zoo goed, Zijn weiflend en wanhopend harte Schept moed. En al die stemmen vormen samen Eén toon: Voor 'teerst, na jaren, vindt hij d'aarde Weer schoon.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1886 | | pagina 201