102
Een veer, een phantaisieportret
Een gradenboog, een oude pet,
Sporen en sous-pieds,
Lucifers, cahiers,
Een liniaal, een zak tabak,
Een nagelvijl, een stukje lak,
Een spuitje en een inktpot
Een briefkaart en een hangslot
Een passer, een flaubertpistool
Een koppel, een recrutenschool
't Wapennummer genoteerd
Zoo staat dat daar geadverteerd.
Dit alles is vermist, verdwenen
Door toevalslordigheid of leenen
Of wel gevonden op de zalen
En kan men 't op 't bureau gaan halen.
Ook staat er daar geannonceerd
Hoe zich 't bestuur heeft geformeerd
Van sociëteit of van salon.
Wel Heere grut mijn hoofd loopt om
Van al die vreemde talen.
Zoo klonk 't uit Mie's nimmer rustenden mond
Zij blikte als om bijval den dameskring rond.
En vraagt geWat ding toch besprak wel de slons
Publiekmaker noemt men het meestal bij ons.