j CXLIII de voorschriften van het Reglement op den inwendigen dienst der Infanteriezoo noodig in zooverre gewijzigd als de bijzondere inrichting der Artillerie-cursus-com pagnie zulks mocht vereischen. De volontairs worden onverschillig of zij al dan niet een graad bekleeden gezamenlijk gehuisvest en houden gezamenlijk menagewaarin door allen een evengroot bedrag als inleggeld wordt gestort. De volontair-korporaals en sergeanten oefenen het gezag uit, aan hunnen graad verbonden. De onderofficieren en de minderentot het vaste personeel van de Artillerie-cursus-compagnie behoorende worden in afzonderlijke vertrekken gehuisvest. De volontairs wonen op Zon- en feestdagen de gods dienstoefening van hunne gezindte bijtenzij de ouders of voogden voor zooveel de minderjarigen betreft aan den Directeur van den Artillerie-cursus het uit drukkelijk verlangen te kennen gevendat hunne zonen of pupillen van het bijwonen der godsdienstoefeningen worden vrijgesteld. Art. 28. 9. Bepalingen van bijzonderen aard. Art. 29. Art. 30. r

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1887 | | pagina 149