CL1I Art. 6. Het examen bij het slot van het voorgaande artikel bedoeld, wordt c. q. tegelijkertijd met dat voor den Artillerie-Cnrsns te Delft in het openbaar afgenomen, door eene Commissie, daartoe door Onzen Minister van Oorlog te benoemen. Het examen loopt over de vakken a en i tot en met o van art. 17 der Wet op het Middelbaar Onderwijs en over die snb c tot en met i van art. 5 der Wet op het Hooger Onderwijs genoemd. Het geneeskundig onderzoekbedoeld bij art. 5 sub dzal op den dag vóór dienwaarop het examen begint, moeten zijn afgeloopen. Indien door afkeuring van sommige adspiranten, hun aantal aan dat der opengestelde plaatsen gelijk mocht wordenof daar beneden dalenzal er geen examen worden gehouden. De adspiranten worden in het door de Commissie aan den Minister van Oorlog uit te brengen verslag, naar orde van kunde gerangschikt. Afhankelijk van het nummer door den geëxamineerde bij die rangschikking verkregenontvangt hij van den Minister van Oorlog al dan niet de schriftelijke vergun ning om zich als volontair te doen aannemen. Deze vergunning kan onmiddellijk worden gegeven, wanneer het vergelijkend examen niet noodig is ge weest. Art. 7. Hij aan wien de vergunning, bij het vorig artikel bedoeldis verleendmoet zich op 1 October aanmelden

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1887 | | pagina 158