p J S LAATSTE j^ENKOWS, Ifschoon de zomer der natuur zijn laatst en groet nog niet toegeworpen hadwaren er reeds ver scheiden dagen geweestwaarop een koude snerpende wind deed vergetendat de eerste helft van September nog niet ten einde gespoed was. Reeds toonden de dwarrelende gele bladeren, die, van de trotsche beuken afvallendeeene rustplaats zochten op den killen vochtigen bodem, dat het spoedig gedaan zou zijn met de vroolijke zonnige dagenen dagelijks zag men scharen vogels naar het warme Zuiden trekken om daar eene nieuwe woonplaats te zoeken. Een onaangenaam gevoel doortrilt de leden van den natuurbewonderaar, als hij zoo uit zijne omgeving al het bekoorlijke ziet verdwijnen; onwillekeurig speelt hem een pijnlijke glimlach om de lippen en eene zucht ontsnapt zijne borst, als hij rondom zich de verwoesting ziet, welke de onverbiddelijke wintervorst reeds heeft aangericht. Een «nu reeds!" toont, dat het afscheid van den zomer hem pijnlijk aandoet. 'WWVWWv>— t»

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1887 | | pagina 356