t
142
Beiden zochten hunne legersteden opmaar geen
van hen kon den slaap vatten. Verwarde gedachten
doorkruisten beider breinen toen de volgende morgen
aanbrak, lag Elza nog geheel gekleed te bed, terwijl
haar door tranen bevochtigd kussen en hare rood
geweende oogen te kennen gaven, hoezeer haar slaap
verontrust was door de phantastische voorstellingen
van haar overspannen geest.
Eenige uren voordat we den jongen Graaf Koenraad
von Renkow zoo peinzend hebben zien staan te midden
van het bosch, dat een deel der bezittingen uitmaakfe,
die eens de zijne zouden wordenhad eveneens een
hevig tooneel tusschen hem en zijnen grijzen vader
plaats gehad.
In hartstochtelijke bewoordingen had Koenraad den
ouden Graaf zijne liefde voor Elza verklaarden gewezen
op de deugden van het meisje, dat hij tot zijne echt-
genoote wilde verheffen, maar minachtend had de oude
edelman hem aangehoord.
Wat? zijn zoon, de eenige afstammeling van het
eeuwenoude huis Renkow, dorst zoo geheel de dure
verplichtingen, welke hij aan zijnen naam had, ver
geten! Om aan eene dwaze gril te voldoen, zou hij
al de plannen verijdelen welke reeds met Vorst F.
waren gemaakt? Het was te dwaas om van te
spreken
Maar de Graaf rekende er niet op, dat hartstochte
lijkheid en vastheid van wilde twee hoofdkenmerken
der Renkow's, van hem op zijnen zoon waren over
gegaan. Hij zou bemerkendat ook deze een wil
had!