176 belangrijke zitting aan mij over Ik ben dus den geheelen dag als onder mijne stukken begraven ge weest maar ik beklaag er mij niet over want evenals bij u, Mijnheer d'Albret, gaat er ook bij mij niets boven mijn werk. Graaf. En ik, Mijnheer de Morne-Aubertik veracht alles wat werken is ik kan het niet uitstaan ik veracht lectuur, schrijven en al die soort van dingen Als men zooveel wijzen heeft om zijn tijd te gebruikenbegrijp ik waarlijk niethoe men de afschuwelijkstede vervelendste van alle kan kiezen. Laura (geraakt). Gij miskent u zeiven. Mijnheer d'Es- carel! dat is alles maar gemaaktheid van u. Graaf. Pardon! ik verzeker u, mijne lieve Mevrouw, dat het mijne innige overtuiging iseen goed geweer in de hand, eene goede sigaar in den mond, eene goede danseuse aan den arm en een goed paard tusschen de beenen dat noem ik leven en alles daarbuiten onuitstaanbaar Henri. Ik ben het vrij wel met Mijnheer eens. Graaf onverschilligNiet waar? Ik geloof wel dat ge zoo'n beetje een loopje met me neemt, mijn waarde Mijnheermaar dat neem ik een reiziger zoo kwalijk niet. Baron. Wat mij aangaatge zult mij vergunnen Mijnheer d'Escarel, met alle kracht, die in mij is, protest aan te teekenen tegen uwe levensbeschou wing Graaf. Komkom Baron. Volgens mijn oordeel is de edelste verovering, die de mensch gemaakt heeft.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1887 | | pagina 394