I
cx
Benamingen der
kleeding- en uitrusting
stukken, enz.
2 2
Bijzondere mededeelingen
en toelichtingen.
Dagboek.
Speelkaarten.
Naaigereedschap
(zwart en wit garen
zwarte zijde, naalden,
spelden, knoopen en
streng ongekleurde
wol).
Toiletgereedschap
(een stuk zeep in
blikken doostan
denborstel kam
haarborstel, enz.)
Handspiegel met dek
sel en ring.
Touw.
Poetsgereedschap.
Laarzenvet.
Schoensmeer.
Laarzen- of schuifpoe-
der.
Olie en was.
1 Koffertje (met twee
sleuteltjes).
K.
Memorie.
K.
Voor beredenen in een der
sacoches.
Dergelijk boekje is noodig;
soms is dit het eenig overblijvend
document.
Is aan te bevelen.
Het noo-
dige. K.
Het noo-
dige. K.
K.
Eenig.
M. of S.
Eenig.
In een taschje of naaizakje.
Een naald met zwarte draad
en een met witte draad in de
portemonnaie of in het notitie
boekje.
Gewikkeld in een linnen of
lederen étui.
Onberedenen in de musette.
Beredenen in een der sacoches.
Door den oppasser mede te
Eenig. K.
nemen.
Zeer aan te bevelen.
De naam van den eigenaar
aan de voorzijde en bovenop.
Een sleutel aan het horlogie-
koord; de reserve-sleutel in het
lederen geldzakje.