J
17
aanhoudend terug. En hoog op de duinenin 't gezicht
van de zee, van Neptunus, staan de vanen der vrijheid,
daar geplant door Volharding.
Die uithoek van de Wereld, dat land der Vrijheid,
is ons Vaderland.
In volle wapenrusting verscheen een Hollandsch
ridder voor Pluto in de onderwereld. Zijn blazoen
droeg tal van kleurenen Plutodie dit zagmerkte
op, dat slechts ééne kleur ontbrak oranje.
Toen hij om de reden vroeg, luidde het antwoord
van den edelman
Blauw is de zee, die spoelt op onze kusten, rood
is ons bloeddat wij storten voor 't Vaderlandgroen
zijn de laurieren om het hoofd van den overwinnaar,
goudgeel zijn onze rijpe korenveldengrijs is de heuvel,
die zich welft over mijn dierbaar vaderland, zwart
zijn de harnassen, die ons beschermen voor de lansen
des vijands, wit is onze eer, oranje slechts bestaat bij
ons niet. Zoo zal oranje komensprak Plutoen na
het wit van uwe deugd en van uwe eer, zal het de
edelste zijn aller kleuren.
En dra kwam oranje en met oranje de vrijheid.
Goddank, nog waait hier de vaan van oranje
Fel beukten de Hollandsche zwaarden op de Spaan-
sclie helmetten. Woest werd gestreden op de wallen
II.
III.
2
r
