70 die edele gelaatstrekken, maar bovenal het ridderkruis der Militaire Willemsorde op zijn borst, boezemde mij voor den man een ongekenden eerbied in. Dat kruis toonde immers aandat deze man een held in den strijd was en was dit niet het ideaalwaarnaar mijn jongenshart streefde? Reeds van den eersten dag had die man mijne nieuwsgierigheid gaande gemaakt en ik had mij in gissingen verdiept omtrent zijn per soon en zijn levensloop. Later had hij een gesprek met mij begonnenwaar uit bleek, dat hij tengevolge eener zware verwonding in de borst naar Europa terugkeerde. Van dat oogen- blik af waren wij voortdurend bij elkaarzoo het goed weder was bij den boeg gezetenanders beneden. Dan tuurden wij te zamen over den eindeloozen oceaanluisterden naar het gezang der haren en wierpen den hengel uit, terwijl hij uit zijn wissel vallig en avontuurlijk leven tal van anecdoten wist op te halendie niettegenstaande den eenvoudwaarmee hij ze inkleeddegetuigden van den moed en de heldhaftigheid, die hij moest ten toon gespreid hebben. Hij had de expeditiën naar Boni meegemaakt en was reeds bij den eersten aanval gewond neergevallen; maar zijn krachtige natuur had weldra gezegevierd over de wondkoortsen. Tegenover de Atjelineezen had hij ook zijn goeden naam gehandhaafd en menigeen had de uitwerking van zijn zelden falend schot onder vonden. Aan een ongekende dapperheid paarde hij tevens een niet te miskennen grootheid van zielzooals men bij eene aandachtige beschouwing zijner edele gelaats trekken dadelijk geneigd zou zijn te denken.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1888 | | pagina 210