W
ONTBOEZEMING VAN HET BARENKORPS.
)eb dank, o lieve barenboeders
Voor al de zorg aan ons besteed,
Eer zal geen zonlicht ons beschijnen,
Eer u het barenkorps vergeet!
Wat hebben baren toch te maken
Met al die zaken van het korps,
En wat een korpsvan halve draken
Want ons te kwellen is hun fort.
Dat viel dien oudjes duchtig tegen
Bij hunne aankomst op 't gebouw
Toen zij vernamendat de baar nu
Geheel apart logeeren zou!
Weg waren toen al hun illusies
Van plagenslaan en wat al meer
Want, 't moet versclirikk'lijk zijn, o lezer,
Hoe ze ons mishand'lenkeer op keer.
Laat hen maar zingenal die oudjes
Wat malen we om dien goeden geest,
Waar volgens 't zeggen van zoo velen
Zij steeds zoo trotsch op zijn geweest.