110 afscheidsgroet hij verder ging, tot hij eindelijk bij zijn tafel kwam. Hierop liet hij met een geweldigen smak zijn last vallen, tot grooten schrik van een groepje, dat juist bij zijn overbuurman Kakthum zat. »Besoir, besoir, heeren!" was zijn welkomstgroet. »Slag op geweest, lui! Vooruit Hydra, halve gare, ga maar naar je plaats »Kom Tangens! vooruit nu toch Dokter, Pluim, Samson, Vloo'tis al lang slag op!" Al dergelijke gezegden waren gericht tot de diverse jonkersdie bij Kakthum zatenof niet ver van hem af in dit gedeelte der zaal stonden te pratenstoeiden of andere ge wichtige bezigheden verrichtten. «Kom Lange, de Toewan kan het er van avond alweer meê doen." »0 ja, o ja!" antwoordde de aangesprokene, die dan ook den bewusten Toewan, welke bijna stikte, te oordeelen naar zijn hoogroode kleur, losliet, waarna de Lange een cancan sloeg met Kinnetje, die juist van het andere einde der amusementzaal kwam aanhollen. "Ja, lezer, ik hoor u reeds ongeduldig vragen: maar waar bemoeit die Lappi zich toch mêe?" Och! hij is voor eenigen tijd de oudste, omdat de ware Nestor ziek isen nu moet hij zorgendat alles in zijne afdeeling in orde is, wanneer straks de Luitenant komtanders is het mis. Eindelijk kwam er, dank zij de onvermoeide pogingen der verschillende oudsteneen weinig stilte ja, men zou het zelfs zéér stil hebben kunnen noemen,' en naar aller berekening zou de Luitenant dan ook

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1888 | | pagina 250