t
J
CIX
bijzonderheden vermeld vindendie in een andere niet
opgeteekend zijnenz.
Dit zal dus met eene geschiedenis van het kasteel
te Breda ook wel het geval zijn.
Doch genoeg hierover geredeneerdwant de oude
kroniekschrijvers vragen met ongeduld het woord
degenen die nog niet overtuigd zijn worden vriendelijk
verzocht het volgende maar over te slaan.
Gedurende het verblijf der Denen of Noormannen te
Breda, hebben de Heeren van Breda waarschijnlijk
verblijf gehouden te Zundert op 't Huis te Laarmaar
nadat HendrikHeer van Breda't kasteeldat door
de Denen aan de rivier de Mark was gebouwd, in
1124 had ingenomen, hebben zijne nakomelingen hun
hof op dien burcht gehoudennaar welken burcht
Brunesheim genaamdeenige jongere zonen des Heeren
van Breda, zich genoemd hebben.
Jan van PolanenHeer van de Leekeen rijk en
machtig edelman, die de stad en het land van Breda
door aankoop verkregen had, heeft den ouden burcht
doen slechten en heeft omstreeks 1350 een ander kas
teel laten bouwen, dat eerst in 1362 voltooid was.
Doch ook voor dit gebouw scheen het niet weggelegd
te zijnlanger dan twee eeuwen te blijven bestaan
wij lezen althans dat HendrikGraaf van Nassauin
1536 een nieuw kasteel liet bouwen op de plaats van het
oude. Door en onder welke omstandigheden het oude
kasteel vernield is, staat in de oude geschiedboeken
niet vermeldzooveel echter is zekerdat daarvan in
het begin dezer eeuw nog slechts een vienkante hoek
toren over was.