11
zullen zien, met kalm, gebiedend oog en den Hauwen
glimlach om de lippenons vóóruit wijzend op onzen
plicht.
Wij kunnen hem niet vergeten. Zijnen betrekkingen
zij het misschien een geringe troost in hunne smart
te weten, hoe Nederlands toekomstige officieren deelen
in die droefenis. Hij is ons vroeg ontrukt, maar ware
zielenadel oefent een onsterfelijken invloed uit op de
omgeving.
Hoe gaarne hadden wij hem nog eens de hand
gereikt, om met bewogen stem te herhalen, hoe hoog
hij in onze achting stondmaar nu ons dit is ontzegd
schijnt het ons, der Commissie tot Redactie van den
Almanak, op het oogenblik de vertegenwoordiging van
het korps, eene verlichting toe onze gevoelens hier te
kunnen betuigen en hem het «Rust zacht" toe te
roepen.
E.